Radio interview met Aad Kamsteeg


De Papoea's - u weet wel, de mensen op dat grote eiland in Azië dat eens Nederlands Nieuw-Guinea heette en waar wij onze zendelingen en missionarissen heen stuurden. Het ...
is een vergeten volk, hun mensenrechten worden grof geschonden en juist Nederland moet voor hen opkomen.
Dat zegt Aad Kamsteeg, gepensioneerd journalist en oud-buitenlandcommentator voor de EO. Hij is net terug van een reis door de provincie West-Papoea, zoals het door Indonesië ingelijfde land nu heet. Hij ontmoette tientallen mensen en hoorde talloze, ook schokkende, verhalen...
 
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
 
Tekst van het interview met Aad Kamsteeg.
 

Interview André Diepenbroek van de EO Broadcasting met Aad Kamsteeg

Dinsdag 18 maart 2014

Ik neem u mee naar Nieuw-Guinea, naar het grote eiland tussen Indonesië en Australië. Een pensionado is er net geweest nadat hij zijn hele leven had bezig gehouden met het onrecht wat daar plaatsvind. En nu was hij er ineens.

(Fragment radio uitzending 1962)
“Nadat de delegatievoorzitters het woord gevoerd hebben is het ogenblik van de ondertekening van de akkoorden aangebroken. Een historisch ogenblik van beslissende betekenis in de geschiedenis van Indonesië en Nederland. Hollandia, Nieuw-Guinea staat geheel in het teken van de evacuatie die de dagen van het Nederlands bestuur van het vertrek naar Nederland. De Zuiderkruis ligt klaar in de baai om evacués terug te brengen naar Nederland. Op tal van plaatsen zie men taferelen van mensen die voorgoed hun huis verlaten. Alles spreekt van vertrek uit een land, dat een andere weg zal gaan”.

De Papoea's - u weet wel, de mensen op dat grote eiland in Azië dat eens Nederlands Nieuw-Guinea heette en waar wij onze zendelingen en missionarissen heen stuurden. Het is een vergeten volk, hun mensenrechten worden grof geschonden en juist Nederland moet voor hen opkomen.

Dat zegt Aad Kamsteeg, gepensioneerd journalist en oud-buitenlandcommentator voor de EO. Hij is net terug van een reis door de provincie West-Papoea, zoals het door Indonesië ingelijfde land nu heet. Hij ontmoette er tientallen mensen en hoorde talloze, ook schokkende, verhalen.

Vraag
Aad, je bent net terug van een reis naar Papua, Nieuw-Guinea. Ik weet dat het in Indonesië ligt; wat kun jij er nog meer van vertellen?

Antwoord
Nieuw-Guinea was een voormalig koloniaal gebied van Nederland, het ligt in het uiterste oosten van de republiek Indonesië tegen Papua Nieuw-Guinea aan, dat in 1975 onafhankelijk is geworden van Australië en dus ook vlakbij Australië.

V.
Precies. Het hoorde dus vroeger bij Nederlands Indië, ons koloniale rijk in de Oost; de Papua’s heb jij ‘op je hart zitten’. Waar is dat begonnen?

A.
Het begon al vroeg in de jaren ’60, ik kwam uit militaire dienst en ik ging studeren en was altijd geïnteresseerd in buitenlandse politiek. En in die tijd speelde de kwestie Papua echt een heel belangrijke rol in de Nederlandse buitenlandse politiek. Het was nl. zo, dat in 1949 was Nieuw-Guinea uitgesloten van de soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië. Maar Soekarno zei altijd, Indonesië bestaat van Sabang tot Merauke. Merauke ligt in het uiterste van Zuid Nieuw-Guinea, dus dat wilde hij er ook bij hebben. Toen is hij gaan dreigen met geweld en heeft ook parachutisten laten landen in o.a. Merauke en de druk van de grootmachten van met name de Verenigde Staten op Nederland werd steeds groter om die koude oorlog tijd het niet aan te laten komen op een oorlog want men was als de dood dat de Republiek Indonesië van Soekarno in het communistische kamp terecht zou komen. Toen is Nederland ‘door de knieën gegaan’ en heeft na het verdrag van New York in 1962 een eerste bestuursoverdracht plaatsgevonden in de richting van Indonesië. En in 1969 in een door Indonesië totaal vervalste stemming is Irian Jaya, zoals het toen werd genoemd, definitief bij de Republiek Indonesië gekomen.

V
Daarna ben jij het blijven volgen.

A
Ja, in al die jaren ben ik mij blijven bezig houden met de Papua’s. Ik heb ook Papuavrienden gemaakt, omdat in toenemende mate Papua’s naar Nederland moesten vluchten om politiek asiel aan te vragen omdat zij op waren gekomen voor een onafhankelijk Papua en dat mocht niet van Indonesië. De mensen zijn daarvoor gemarteld, geëxecuteerd, het bos ingejaagd en groepen Papua’s zijn toen gevlucht naar West Europa en een deel daarvan kwam in Nederland terecht en tot de huidige dag heb ik daar vrienden onder en ja, ik heb altijd bij mijzelf gedacht, we hebben een morele plicht tegenover deze mensen. In 1962 heeft de toenmalig premier De Quai een toespraak gehouden voor Radio Nieuw-Guinea voor de Papua’s, hij betreurde het dat Nederland moest vertrekken, want Nederland was bezig om met een heel positief programma om de Papua’s in allerlei opzicht op te leiden tot zelfstandigheid zodat zij het zelfbeschikkingsrecht uit zouden kunnen uitoefenen; zelf bepalen bij wie je zou willen horen. Zelfstandig zijn, bij Indonesië willen horen of misschien zelfs bij Nederland. Toen zei hij in die toespraak “moge God u bewaren, de beste wensen van het Nederlandse volk vergezellen u”. Nou ik denk dat die beste wensen in no time zijn vergeten, want als je nu, in ieder geval aan de jongere generatie vraagt naar de ontwikkelingen in Papua, dan weet, zoals je zelf net al begon, dan weten mensen al niet eens meer waar het ligt. Dat komt natuurlijk ook, omdat Papua door Indonesië als een gesloten gebied is verklaard voor buitenlandse journalisten. Er mogen geen ‘pottenkijkers komen’.

V.
Dus het eigenlijk een meer militairachtig, politie regime.

A.
Absoluut! De militaire aanwezigheid, ook van de geheime dienst is heel sterk. Dat heb ik ook zelf gemerkt in de afgelopen tijd…….

V.
….Ja, je bent net terug……

A
Ja ik ben net twee weken in Papua geweest.

V.
Dat was voor het eerst hè dat je daar was.

A. Ja.

V.
Je bent er heel lang mee bezig geweest en plotseling was je er; hoe was dat dan?A.
Ik heb er altijd wel naar heen gewild, maar ik ben een keer in de Molukken geweest, ook een gebied wat onder Indonesisch bestuur staat en ik had al grote moeite met het verkrijgen van een visum omdat men liever geen journalisten daar toelaat. Een paar jaar geleden ben ik gepensioneerd en ik heb nu een toeristenvisum aangevraagd, maar toch wel met de bedoeling om mijn journalistieke achtergrond niet te verloochenen.

V.
Je hebt dus heel veel gesprekken kunnen voeren.

A.
Ik ben heel blij dat ik er nu geweest ben, dat ik nu zelf heb kunnen zien wat in de ‘zwartboeken’ staat van Amnesty International and Human Rights Watch en andere, ook Rooms Katholieke mensenrechtenorganisaties; echt ‘zwartboeken’ zijn het.

V.
Vertel er eens iets over, want wat ben je er tegengekomen?.

A.
Ja, ik zit even te denken, waar moet je beginnen? Ik heb gesproken bv. met iemand, die had de Morgenster gehesen. En dat is de vlag die functioneerde als het symbool van een vrij Papua. Die vlag is al gegeven in 1962 toen de Nieuw-Guinea Raad werd gesticht en de Papua’s een eigen volkslied kregen en ook een eigen vlag; de Morgenster.

V.
En staat daar er dan ook een ster op?

A.
Ja, er staat een ster op; het is niet zoals als het Indonesische rood-wit, maar er staat een ster op en de Papua’s vinden dit het symbool van hun verlangen om zelfstandig te zijn, maar het is verboden om die vlag te hijsen omdat dat wordt beschouwd door Jakarta als separatisme, afscheiding en dan wordt je beschuldigd van verraad van de staat. Deze man waagt het toch om die Morgenstervlag te hijsen en werd toen vervolgd, het bos ingejaagd, door militairen achterna gezeten, hij is menselijkerwijs gered door een enorme regenbui, waardoor de militairen zich terugtrokken en hij met zijn gezin, hij had zijn vrouw en 2 of 3 kinderen bij zich, is toen verder gevlucht, was in zijn eigen plaats niet meer veilig en ik heb hem nu ontmoet ergens in een buitenwijkje van Abepura, een plaats die vlakbij Jayapura ligt en daar heeft hij mij zijn verhaal verteld. De man durft nauwelijks buiten te komen omdat de geheime politie hem toch nog steeds zoekt. De gids die wij hadden die is ook gemarteld. Dat is een man die lid is geweest van de OPM. De OPM is de verzetsbeweging, je kunt ook zeggen de guerrilla beweging, de vrijheidsbeweging, hoe je het ook noemt, van de Papua’s. De man is opgepakt op een gegeven moment en gemarteld. Om maar één van de martelingen te noemen; zijn voet werd op de tafel gezet en vervolgens begonnen 4 militairen op die tafel te dansen. Hij werd ontslagen uit zijn werk en heeft nooit meer een baan kunnen krijgen en ja, omdat ik hem via via kende, heb ik hem gevraagd, wil je als gids optreden en dat heeft hij dan ook gedaan. Dat zijn maar twee verhalen.
Ik heb een vrouw gesproken, die is berokken geweest – het is al weer een tijd geleden – bij de vlaghijsing in Biak in 1998 bij de watertoren. Een hele beruchte dag in Biak.

V.
Heel veel gedoe ontstaan daar toen hè?

A.

Daar kwamen de militairen ook binnen rukken, er zijn veel mensen opgepakt; deze vouw ook.

V.
Biak, Aad, is dat een plaats?

A.
Biak ligt in het noorden. Het is een eiland in het noordelijk gedeelte van Papua. Wat mannen met vrouwen kunnen uithalen als ze kwaad in de zin hebben is onbeschrijfelijk. Dat heb ik van deze vrouw gehoord. Dat zijn maar een paar verhalen. Die ‘zwartboeken’ van die mensenrechtenorganisaties staan er helaas vol van. Het verbijstert mij eigenlijk. Ik vind het terecht dat er veel aandacht is voor Syrië, het is vreselijk natuurlijk wat daar gebeurd is. De Centraal Afrikaanse Republiek, Dafur, noem maar op. Maar die Papua’s, die hebben bij Nederland gehoord, het is een klein volk, het is een vergeten volk, de mensen worden er gemarginaliseerd, ze worden naar de rand van de samenleving gedwongen en ze worden momenteel door een massale influx, transmigratie van niet-Papua’s worden ze ook economisch gemarginaliseerd.

V.
Zijn dat Javanen die daar komen wonen, daar heen gelokt worden?

A.
Java is natuurlijk heel dicht bevolkt, Kalimantan, Borne…., er komen heel veel mensen naar Papua om daar een bestaan op te bouwen, ze zijn natuurlijk allemaal goedwillende burgers, maar die economisch veel sterker zijn geschoold dan de Papua’s. Die leefden van de grond, van hun varkens en over het algemeen van de sagoplanten en dan worden ze plotseling geconfronteerd met een enorme concurrentie van de niet-Papua’s.

V.
Ook een ontwikkelingsverschil waarschijnlijk?

A.
Een groot, economisch, ontwikkelingsverschil. Het gevolg is dat er veel werkeloosheid is. Veel jongere Papua’s daar over straat zwerven. Dat in de wat grotere steden als Jayapura, Merauke, Manokwari, Biak, Wamena, ’s avonds eigenlijk niet meer veilig is, veel dronkenschap enzovoort, een hele tragische ontwikkeling.

V.
Het klink een beetje als wat je vroeger ook hoorde van de Aboriginals in Australië, de oorspronkelijke bevolking, die ook verguisd werden en gemarginaliseerd en alles kwijt waren?

A.
Men zegt, de Papua’s worden de Aboriginals van Nieuw-Guinea, van Indonesië, van hun eigen land, van Papua. Ook wel vergeleken met de Indianen in Amerika. Het wordt een kleine minderheid. Wat heel spijtig is dat….., niet iedere immigrant uit andere delen van Indonesië is een slecht mens, natuurlijk niet. Er zijn veel goedwillende Indonesiërs die ook best met de Papua’s willen samenleven. Maar het is een heel andere cultuur; het zijn sluikharige mensen, ze zijn bruin en Papua’s zijn veel donkerder, kroeshaar, leven natuurlijk toch voor een belangrijk deel nog in het achterland in kampongs. Veel van die Indonesiërs kijken echt op die Papua’s neer en beschouwen ze haast als een inferieur ras en het is heel triest om dat te moeten constateren. Maar dat hoor je overal en ik denk dat dat de diepste oorzaak is van de ellende die over de Papua’s komt.

V.
Het is tegelijk een gebied waar de Nederlandse zendingswerkers en missionarissen heel actief zijn geweest. Ben je dat ook tegengekomen?

A.
Ja. Dat kun je ook niet ontlopen. Als je in de grotere steden komt, zelfs in kleinere steden, zelfs op eilandjes waar we geweest zijn vind je enorme kerkgebouwen. We hebben werkelijk verbaasd gestaan, waar komt dat geld vandaan? Het zijn enorme kerkgebouwen. De kerken die ik heb bezocht zitten zondags vol.

V.
De Papuabevolking is dus een christelijke bevolking.

A.
Ja, je kunt zeggen dat door de zending en de missie zijn de meeste Papua’s onder het beslag gekomen van het evangelie. Ja, daar wil ik positieve dingen over zeggen al wil ik er onmiddellijk aan toevoegen, dat het animisme, de heidense gedachten, dat die er soms heel dwars doorheen lopen. Maar inderdaad, de meerderheid, ik geloof dat 85 procent van alle Papua’s christen is, waarvan 2/3 protestant en 1/3 katholiek.
De missies hebben het land ook verdeeld. De katholieken hebben gezegd, wij zitten in het zuiden en jullie wat meer in het noorden. In het zuiden in Merauke vind je ook meer katholieken dan in het noorden. Maar, dat is één van de problemen, de meeste immigranten uit andere delen van Indonesië zijn moslim.

V.
Ah, daarmee denk ik gelijk aan religieuze tegenstellingen.

A.
Ja, die spanning is ingebouwd. De statistieken wijzen uit dat nu al een kleine meerderheid van de inwoners van Papua, niet-Papua is. Dat wil zeggen, dat ook de moslims straks de meerderheid gaan vormen in Papua en dus urgent is dat christenen en moslims elkaar vinden en met elkaar proberen om een vreedzame maatschappij te stichten want wanneer de politiek en islam worden vermengd dan weet je wat er gaat gebeuren. En er zijn nu al verhalen van, en dat is ook al verschillende malen bevestigd, dat veelbelovende intelligente Papuajongeren naar Java worden gebracht. Soms op 5, 6, 7-jarige leeftijd al, naar fanatieke islamscholen worden gebracht, daar een opleiding krijgen en terugkomen dat ze bovendien niet meer Philippus heten maar Mohammed. Die zijn helemaal geïndoctrineerd door de islam.

V.
Daar zit dus een hele politiek achter?

A.

Ja, nou daar aarzel ik over, of het bewust beleid is van Jakarta dat men Papua wil islamiseren of dat het een effect is van het feit dat nu eenmaal de meeste transmigranten moslim zijn.

V.
Het zendingswerk. Ben je ook nog inspirerende zendingswerkers tegengekomen?

A.
Ik ben buitengewoon inspirerende zendingswerkers tegengekomen.

V.
Haal er eens één voor het voetlicht.

A.
Als ik moet kiezen, dan noem ik twee Rooms Katholieken, maar met name pater Kees de Rooy in Merauke. Dat is een man die woont al 40 jaar in Papua, kent ze door en door en ziet met een bloedend hart wat er gebeurd met de Papua’s. Maar in plaats van terug te gaan naar Nederland en in plaats van bij de pakken te gaan neerzitten, heeft hij een aantal projecten opgezet die, althans een groep Papua’s kunnen helpen. Zo heeft hij een rubberproject waarbij hij Papua’s leert, hoe ze rubber moeten tappen, ook hoe ze rubber moeten verkopen; met andere woorden, hoe ze ondernemerschap moeten leren. Om weerbaar te zijn tegenover de niet-Papua’s. Hij heeft nu plannen om een weeshuis te beginnen voor Papuakinderen, die hun vader en moeder hebben verloren. Vaak aan aids/HIV, want dat is een concrete plaag daar in Papua en die man zijn hart ligt bij de Papua’s. Het is een Nederlander, maar het is een Papua onder de Papua’s zou ik willen zeggen. Een geweldige man.

V.
En hoe verklaar je dat, dat er zoveel belangstelling uit het zendingswerk is om juist daar aan de slag te gaan?

A.
Het was natuurlijk een……, als je heidense volken hebt dan heb je het natuurlijk over de Papua’s, die nog niet zo heel erg lang geleden, ik geloof dat de eerste zendelingen uit Duitsland in 1855 daar aankwamen. De Nederlanders kwamen later en het was natuurlijk een enorme uitdaging om daar onder die animisten, die koppensnellers als het ware, soms nog zelfs menseneters, om daar aan het werk te gaan en ik denk, dat de Here dat rijk gezegend heeft. Want wanneer je die volle kerken ziet… Zoals in Wamena ben ik geweest bij een volle kerk van de Gereformeerde Gemeente, waar de predikant nog eens even van zich zelf zei en van de oudere mensen in de gemeente, nog 55 jaar geleden leefde hijzelf nog in het heidendom. Na zo’n korte periode, zulke volle kerken en zijn betrokkenheid bij de kerk, dat vind ik toch erg….ja, een Godswonder.

V.
Aad, ten slotte; jouw hart ligt er toch ook een beetje bij, je hebt over de pater iets verteld maar jij kan er ook wat van…., wat ga jij doen, kun jij iets voor ze betekenen, voor de Papua’s?

A.
In het geheel kan ik natuurlijk heel weinig voor ze betekenen.
In de eerste plaats denk ik dat het in de huidige omstandigheden een illusie is om te denken dat Papua onafhankelijk kan worden, omdat er zit goud, er zit zilver er zitten zoveel rijkdommen in die grond….Indonesië zal het als wingebied nooit weggeven.
Twee; De buitenlandse, de supermachten zullen Indonesië altijd te vriend willen houden, het is een enorm machtig land, het ligt strategisch, met de grootste islamitische bevolking en wil Indonesië aan zijn zijde hebben en ook die Papua’s niet gaan steunen.
Wat we kunnen doen is in Nederland, denk ik vooral erbij de Nederlandse regering op aandringen, dat men meer gaat doen voor de mensenrechten. Ik weet dat Nederland best iets voor de Papua’s wil doen, maar altijd binnen het kader van de vriendschappelijke betrekkingen met Indonesië en ik heb nog nooit gehoord helaas, dat Nederland voorwaarden verbindt ten aanzien van mensenrechten voor de Papua’s aan handelsbetrekkingen. En ik denk dat Nederland, gezien de ernst van de situatie bij de Papua’s, die stap nu wel moet gaan doen. Dat is één; dus bij de Nederlandse regering aandringen. Twee: Mede door dit programma hoop ik echt dat de belangstelling in Nederland voor de Papua’s groeit en dat er verschillende groepen zijn, die zijn er trouwens al zijn, die de verschillende hulpprojecten gaan steunen, waarmee althans enkele groepen Papua’s geholpen worden.

V.
En er daar ook bij betrokken blijven en om te kijken wat er daar gebeurt. A.
…..en ook om te kijken wat daar gebeurt. Ook al mogen er geen journalisten komen, via de sociale media komen iedere dag berichten naar buiten van wat er in Papua gebeurt. En wat mezelf betreft, ik wil dus gaan publiceren in kranten en uiteindelijk een boek hierover schrijven.V.
Ik las over een handtekeningenactie, Wat is dat?

A.
Er is een handtekeningenactie begonnen van een aantal die Papua’s steunen om het parlement, de Tweede Kamer, te vragen – daar moet je 44.000 handtekeningen voor hebben – om het parlement te vragen, de Tweede Kamer te vragen om eens serieus te gaan praten over de vraag, of die vervalste volkstelling in 1969 nou niks te maken heeft met de huidige situatie. Er is toen een enorm dik boek, een prima studie van Drooglever verschenen, dat was in de jaren ’90,   daarin wordt precies uitgelegd, hoe de Indonesiërs zijn opgetreden tegenover de Papua’s. Die studie is nooit besproken in de Tweede Kamer. Ik zeg niet, dat daarmee de hele ontwikkeling van de Papua’s ten gunste zal worden gekeerd wanneer er zo’n debat plaatsvindt maar in ieder geval zal de belangstelling onder de Nederlanders erg toenemen en zal ook veel meer duidelijk worden dat wij een ereschuld hebben aan dit volk.

V.
Oké, heb je thuis ook een Morgenster hangen Aad?

A.
Nee, ik heb geen Morgenster. Ik heb wel een groot aantal foto’s.

V.
Mochten je kinderen dit horen, dan weten ze een verjaardagscadeautje.
Aad, vriendelijk bedankt voor je verhaal en ik wens je heel veel succes en nog zegen op het werk dat de mensen daar verdienen. Heel hartelijk dank.