Een Indonesische militair schopt een Papoea die deelneemt aan een protestactie tegen de repressie van zijn volk. Diep in de binnenlanden marcheren de laatste Papoeastrijders, bewapend met vooral bamboe speren en houten geweren. De onafhankelijkheidsoorlog is voorbij, maar een stille strijd woedt voort in het Indonesische Papua, het vroegere Nederlands-Nieuw-Guinea. DEN HAAG -  Nederland moet Indonesië met spoed aanspreken om te voorkomen dat geweld wordt gepleegd tegen de Papoea's. Dat heeft de Tweede Kamer dinsdag besloten. Minister Uri Rosenthal (Buitenlandse Zaken) zegde eerder al toe met Indonesië te gaan praten.

Een Indonesische militair schopt een Papoea die deelneemt aan een protestactie tegen de repressie van zijn volk. Diep in de binnenlanden marcheren de laatste Papoeastrijders, bewapend met vooral bamboe speren en houten geweren. De onafhankelijkheidsoorlog is voorbij, maar een stille strijd woedt voort in het Indonesische Papua, het vroegere Nederlands-Nieuw-Guinea.

 

Rosenthal stelde vorige week in een debat dat in het conflict tussen Jakarta en de Papoea's bemoedigende stappen zijn gezet. Zo is er bijvoorbeeld een speciale gezant aangesteld. De minister wees er echter meteen ook op dat de situatie nog heel complex is en dat nog niet op de lauweren kan worden gerust.

 

De PVV vroeg tijdens het debat om extra aandacht voor de Papoea's. De partij wil niet alleen een einde aan het geweld tegen deze minderheid, maar ook een einde aan de onderdrukking. De PVV vreest dat de situatie donderdag verder escaleert. Dan houden Papoea's manifestaties tegen de Indonesische overheersing. Eerdere protesten van de Papoea's zijn hard neergeslagen.

 

Nederland had de Papoea's in de jaren '60 onafhankelijkheid in het vooruitzicht gesteld, maar na een frauduleus referendum werd het westelijk deel van Nieuw-Guinea Indonesisch grondgebied. De minister zei dan ook dat de Nederlandse betrokkenheid bij de provincie door de Nederlandse autoriteiten met gemengde gevoelens wordt bekeken.