Door onze redacteuren Elske Schouten en Floris van Straaten | pagina 12 - 13

De oproep van mensenrechtenorganisaties om de aanklacht van landverraad tegen vijf Papoea’s in te trekken, heeft niet mogen baten. Vandaag werd het vijftal door een rechtbank in Jayapura veroordeeld tot drie jaar cel. In oktober hadden ze bij een vreedzame massabijeenkomst een onafhankelijkheidsverklaring van de Papoea’s voorgelezen. Hoogverraad, volgens de Indonesische autoriteiten.

De veroordeling onderstreept de groeiende spanning tussen Papoea’s en de Indonesische regering. Het optreden van leger en politie bij de bijeenkomst in oktober met zo’n 5.000 Papoea’s was een dieptepunt. Met veel machtsvertoon maakte de politie een einde aan de bijeenkomst. Honderden Papoea’s werden gearresteerd. De dag daarna werden drie doden gevonden; volgens activisten het werk van de politie. Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch roept op de schuldigen van dit geweld te straffen, in plaats van vreedzame activisten op te sluiten.

De laatste maanden berichtten onafhankelijkheidsactivisten ook over gewelddadige operaties door politie en leger in de streek Paniai. Terwijl zij zochten naar onafhankelijkheidsstrijders van de gewapende afscheidingsbeweging OPM, zouden zij een tiental burgers hebben gedood en huizen in brand hebben gestoken. Duizenden dorpsbewoners zouden in paniek de jungle in zijn gevlucht.

In hoeverre de berichten kloppen, valt nauwelijks te verifiëren. Buitenlandse hulporganisaties zoals het Rode Kruis mogen van Jakarta niet meer in Papoea opereren. Ook internationale journalisten mogen het gebied niet in zonder toestemming.

Het geweld maakt dat de roep om onafhankelijkheid alleen maar groter wordt. Veel Papoea’s vinden dat zij in 1969 zijn opgelicht, toen hun eiland met instemming van de internationale gemeenschap werd ingelijfd door Indonesië. Volgens hen heeft de verregaande autonomie en de aanzienlijke hoeveelheid geld die Papoea sinds begin deze eeuw heeft gekregen, de situatie van de inheemse bevolking niet verbeterd.

Daarbij vrezen Papoea’s dat zij tweederangsburgers worden op hun eigen eiland. De volkstelling van 2010 wees uit dat zij zijn gereduceerd tot 49,5 procent van de bevolking van 3,6 miljoen zielen. Door de komst van niet-Papoea’s en een laag geboortecijfer zal hun aandeel in 2020 naar verwachting al zijn teruggebracht tot beneden de 30 procent.

Zij willen een referendum waarin de inheemse bevolking mag kiezen voor afscheiding van Indonesië. „Het gaat de Papoea’s niet om economische ontwikkeling, het gaat ze om de ontkenning van hun rechten”, zegt Theo van den Broek, een Nederlander die al jaren in Papoea woont. „Het is nationalisme, dat is gegroeid door hun slechte behandeling door de Indonesiërs sinds 1969.”

Van buitenlandse regeringsleiders hoeven Papoea’s geen steun te verwachten voor hun onafhankelijkheidsstreven. Wel krijgt de Indonesische president Yudhoyono af en toe kritische vragen over mensenrechtenschendingen en politieke gevangenen. President Obama en de Australische premier Gillard hebben de behandeling van Papoea’s ter sprake gebracht. Het maakt weinig indruk. In reactie op het vonnis van vandaag zei de regering dat de vrijheid van meningsuiting niet opgaat voor separatistische activiteiten.

Tijdens een overleg met een kerkelijke delegatie uit Papoea, deed Yudhoyono volgens ingewijden eind vorig jaar een aanbod tot dialoog. Iets waar ook Nederland op aandringt. Maar diezelfde week gingen Indonesische troepen over tot nieuwe acties in Paniai. „Het is een merkwaardige combinatie”, zegt Van den Broek. „Is dat aanbod voor een dialoog nu serieus of niet?”

Het is twijfelachtig of zo’n dialoog voldoende is om de kloof tussen Jakarta en de Papoea’s te overbruggen. „We weten dat we de Indonesische beloftes niet kunnen vertrouwen”, zegt Benny Wenda, leider van de Free West Papua Campaign die is gevestigd in Groot-Brittannië. „In 1969 beloofden ze ook al autonomie. Het is er nooit van gekomen. Het zijn alleen maar valse beloftes.”

Bijkomend probleem is dat Papoea’s onderling ook nogal verdeeld zijn. Op het eiland leven honderden stammen, die regelmatig met elkaar in oorlog zijn. Bij geweld tussen politieke facties in Tolikara vielen vorige maand nog meer dan tien doden. Binnen de OPM zijn verschillende commandanten niet zozeer omgekomen door politiekogels, maar door interne afrekeningen.

Binnen de Papoeabeweging is er niet één overkoepelende organisatie, zegt ook Van den Broek, waardoor hun stem minder luid klinkt dan die zou kunnen zijn. De meeste Papoea’s willen geen gewapende strijd maar vreedzame actie.

Maar hoe valt de neerwaartse spiraal dan wel te doorbreken? Een begin zou zijn het geweld te stoppen, menen waarnemers. Sidney Jones van denktank International Crisis Group schreef in het blad Tempo dat Yudhoyono alvast één simpele stap zou moeten zetten: zorgen dat de politie geen echte kogels meer gebruikt om demonstraties in de hand te houden. Een stop op het gebruik daarvan zorgt dat er minder doden vallen, dat de politieke temperatuur daalt en de regering laat zien dat ze meer kan dan praten, zegt Jones.